Zelf een irrigatiesysteem aanleggen in 4 simpele stappen

Een goed irrigatiesysteem begint met een goed plan. Teken je tuin uit en geef aan waar de planten, borders, paden en het gazon zich bevinden. Zo weet je precies waar je:

• de hoofdleiding wilt leggen
• druppelaars , druppelslangen of een zweetslang gaat plaatsen
• koppelingen of kraantjes nodig hebt

Door vooraf te plannen, kun je doelgericht aanleggen én weet je zeker dat je alle onderdelen in huis hebt.

Ons systeem sluit je aan op een standaard kraan van ¾ inch of op een pomp. Is je aansluiting anders? Gebruik dan een verloopstuk.

Met normale waterdruk (2,5 tot 4 bar) kun je:

• 250 planten met druppelaars bewateren
• of 250 meter zweetslang of druppelslang gebruiken

Te veel druk? Geen probleem: al onze druppelaars en slangen hebben een debietregelaar.
Te weinig druk? Deel je tuin dan op in meerdere circuits. Via een waterverdeler voorzie je elk circuit apart van water.

Wil je meer dan 250 planten bewateren? Deel je tuin dan op in verschillende circuits . Deze circuits sluit je aan op een waterverdeler , die je koppelt aan je kraan.

Vervolgens kies je of je het systeem manueel bedient met een kraantje , of automatisch met een watercomputer . Zo'n computer sluit je aan op de kraan en stel je eenvoudig in via knoppen. Werk je met meerdere circuits? Dan heb je per circuit een watercomputer nodig.

• Hoeveel planten wil je bewateren?
• Is je waterdruk of pomp krachtig genoeg?
• Wil je handmatig schakelen of automatisch werken?
• Ga je later uitbreiden?

De 16 mm hoofdslang vormt het hart van je systeem. Deze sluit je aan op de kraan, waterverdeler of watercomputer met een 3/4" koppeling. Zorg dat alles goed vastzit en lekvrij is.

De slang kan bovengronds worden vastgezet met grondpennen, of worden ingegraven (minstens 60 cm diep). Rol de slang uit langs alle zones waar je wilt bewateren. Op elk punt waar je aftakt naar een zone, knip je de slang door en verbind je die met een T-stuk van 16 mm.

Voorzie per aftakking een kraantje zodat je zones afzonderlijk kunt afsluiten. Ideaal als je in één bed tijdelijk niets hebt staan. Gebruik voor het aansluiten van onderdelen de koppelhulp voor 16 mm koppelingen – dat maakt het werken een stuk makkelijker.

Wil je in de toekomst uitbreiden? Geen probleem. Je kunt het systeem op elk moment uitbreiden met extra koppelingen, druppelaars of slangen .

Druppelirrigatie werkt met druppelaars. Dit zijn kleine dopjes die water druppelsgewijs afgeven bij elke plant. Ze geven gericht water en zorgen voor een precieze irrigatie. Druppelirrigatie gebruik je voor individuele planten zoals tomaten, bessen, courgette en  komkommers.

Om te werken met druppelaars dien je eerst nog een extra slang van 16 mm te leggen tussen je planten. Je koppelt hem eenvoudig aan het kraantje van het hoofdcircuit, dat je al eerder plaatste aan het begin van het bed.

Vervolgens pons je met de priem de druppelaars rechtstreeks in de slang van 16 mm. Er zijn 3 soorten druppelaars, met ieder een eigen debiet. Je kan kiezen tussen 2, 4 of 8 liter/uur. Voor een courgetteplant gebruik je bij voorkeur een druppelaar van 8 liter per uur, terwijl een krop sla genoeg heeft aan 2 liter per uur. Je kan verschillende druppelaars  met elkaar combineren op één circuit.

Tenslotte dien je de druppel nog op de gewenste plaats te krijgen. Dit doe je door op de druppelaar nog een slangetje van 4 mm te plaatsen. Knip hem zelf op de gewenste lengte. Het einde van het slangetje plaats je in de slanghouder van 4 mm. Zo valt de druppel op de gewenste plaats en krijg je een overzichtelijk en strak watergeefsysteem in je tuin.

Een zweetslang is poreus en laat over de hele lengte water door de wanden sijpelen (“zweten”). Ideaal voor brede bedden of dichte rijen gewassen zoals wortels, bonen of sla. Leg de slang in een lus via een T-stuk zodat het water van twee kanten tegelijk instroomt. Zo verdeel je de druk beter.

Om dit te bereiken plaats je achter het kraantje , aan het begin van je bed, nog een T-stuk van 16 mm . Aan de ene kant van het T-stuk begin je met de zweetslang , vervolgens leg je hem tussen de planten en zorg je ervoor dat je weer eindigt bij het T-stuk .

Onze zweetslang geeft 2 liter water per uur per lopende meter .

Een druppelslang heeft om de 33 cm een opening en geeft daar water af. Gebruik hem voor rechte plantbedden met regelmatige plantafstanden. Elke opening geeft 2,2 liter per uur af.

Je koppelt de druppelslang eenvoudig aan het kraantje van het hoofdcircuit, dat je al eerder plaatste aan het begin van het bed. Je legt hem vervolgend tussen je planten. Het einde van de slang sluit je af met een eindstop van 16 mm.