Asperges zijn verkrijgbaar in verschillende kleuren namelijk witte, groene en paarse asperges. De groene en paarse asperges worden hetzelfde geteeld alleen de kleur is anders. De teelt van witte asperges verloopt echter wel een stukje anders.
Groene en paarse asperges groeien boven de grond en worden blootgesteld aan zonlicht, wat resulteert in hun groene of paarse kleur. Boven de grond kleuren ze dus net als de meeste andere planten groen of zoals sommige planten paars. Ze hebben over het algemeen een meer uitgesproken smaak en een stevigere textuur dan witte asperges. Groene en paarse asperges hoeven niet geschild te worden en zijn snel en gemakkelijk te bereiden door ze kort te koken, grillen of roosteren.
Witte asperges worden ondergronds gekweekt en geoogst voordat ze de kans krijgen om boven de grond te groeien en blootgesteld te worden aan zonlicht. Hierdoor hebben ze een bleke, witte kleur en een delicate, milde smaak. Witte asperges moeten worden geschild voordat ze worden gekookt, wat een beetje extra tijd en moeite kost. Ze worden meestal gestoomd, gekookt of gebakken en zijn een populaire delicatesse in veel Europese landen.
Groene en paarse asperges zijn een stuk gemakkelijker te telen dan witte asperges omdat ze gewoon boven de grond kunnen groeien. Je hebt voor de teelt van groene asperges geen opgehoogde berg of folie nodig zoals bij witte asperges wel het geval is. Vandaar dat onze voorkeur uitgaat naar de teelt van groene asperges.
Naast de teeltwijze, uiterlijk en smaak, hebben witte en groene asperges ook enkele voedingsverschillen. Groene asperges bevatten bijvoorbeeld meer vitamine C en A, evenals meer ijzer en vezels dan witte asperges.
Groene/paarse en witte asperges verschillen dus in teelt, smaak, textuur, bereidingsmethoden en voedingswaarde. Welke je kiest hangt af van je persoonlijke smaak en voorkeur voor bereidingswijzen.
Probeer eens een recept met iedere soort om te ontdekken welke je lekkerder vindt!